In dit onderdeel (BTW-vrijstellingen) worden de BTW-vrijstellingen behandeld die van toepassing zijn op de zorgverleners. In onderdeel Omzetbelasting (BTW) is aangegeven dat niet de ondernemer is vrijgesteld van BTW, maar de diensten.
Vrijgesteld is het verzorgen en verplegen van in een inrichting opgenomen personen en de handelingen die daarmee nauw samenhangen (artikel 11, lid 1, letter c Wet OB).
Om in aanmerking te komen voor de medische vrijstelling bepaalt de wet Omzetbelasting dat het moet gaan om diensten die behoren tot de gezondheidskundige verzorging (met een therapeutisch doel) van een individuele patient.
De medische vrijstelling kan ingevolge art. 11, lid 1, onderdeel g., onder 1°, sub a Wet OB alleen worden toegepast als het gaat om:
Een dienst die buiten de toepassing van de Wet BIG valt, kan op grond van het Europeesrechtelijke neutraliteitsbeginsel, volgens het Hof van Justitie toch onder de medische vrijstelling vallen.
Vrijgesteld van omzetbelasting zijn de diensten:
Deze vrijstelling is van toepassing op zorg die wordt verleend op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo) (artikel 11, lid 1, letter g, sub 3 Wet OB).
In de voorgaande artikelen hebben we aangegeven dat zorgaanbieders een beroep kunnen op een aantal vrijstellingen. Normaal gesproken zal een zorgverlener hier een beroep op kunnen doen en zullen haar diensten vrijgesteld zijn van omzetbelasting (BTW),
De Kroon Adviseurs gebruikt cookies om de gebruikers ervaring van de website te verbeteren.