Vrijgesteld is het verzorgen en verplegen van in een inrichting opgenomen personen en de handelingen die daarmee nauw samenhangen (artikel 11, lid 1, letter c Wet OB).
Het verschil met de medische vrijstelling (die in onze andere blogs wordt behandeld) is gelegen in de plaats waar de handelingen worden verricht.
- Intramuraal = verpleeg- en verzorgingsvrijstelling
Binnen een inrichting verrichte handelingen (intramuraal) vallen onder de verpleeg- en verzorgingsvrijstelling van artikel 11, lid 1, letter c Wet OB.
- Extramuraal = medische vrijstelling
Buiten de inrichting verrichte handelingen (extramuraal: op het particuliere adres van de zorgverlener of bij de patiënt thuis) vallen onder de medische vrijstelling (artikel 11, lid, letter g, sub 1 Wet OB).
1. Inrichting
Onder ‘inrichting’ worden verstaan ziekenhuizen, verpleeginrichtingen, psychiatrische inrichtingen, verzorgingshuizen, revalidatiecentra, internaten, bejaardenoorden e.d. Ook inrichtingen die worden geëxploiteerd door natuurlijke personen vallen onder dit begrip.
Verpleeg- en verzorgvrijstelling: verzorgingsflat
Een verzorgingsflat wordt, voor deze vrijstelling, ook aangemerkt als een inrichting.
Onder ‘verzorgingsflat’ moet worden verstaan een woonvorm waarbij naast de verhuur en de daarmee samenhangende prestaties ook nog andere prestaties worden verricht. Hierbij valt te denken aan het verstrekken van spijzen en dranken, het verstrekken van huishoudelijke hulp, de (verpleegkundige) verzorging bij ziekte van de bewoners, het gebruik van gemeenschappelijke recreatieruimten en het verhuren van logeerkamers aan gasten van de bewoners (Besluit nr. BLKB2017-7334).
Winstoogmerk
De instellingen mogen geen winstoogmerk hebben. Echter de staatssecretaris heeft in meerdere besluiten aangegeven dat private en commerciële instellingen met inachtneming van bepaalde voorwaarden eveneens vrijgesteld zijn.
2. Verplegen en verzorgen
De vrijstelling ziet op het verzorgen en verplegen van in een inrichting opgenomen personen én de handelingen die daarmee nauw samenhangen (zoals het verstrekken van spijzen en dranken, geneesmiddelen en verbandmiddelen aan die personen). De vrijstelling kan ook gelden voor het verzorgen van personen zonder dat zij worden verpleegd.
De diensten van derden die op zichzelf bezien btw-belast zijn, delen in de vrijstelling als die diensten een wezenlijk, inherent en onafscheidbaar deel zijn van de door een inrichting verrichte gezondheidskundige behandeling van de mens met een therapeutisch doel.
Een dienst is enkel wezenlijk, inherent en onafscheidbaar als het een onderdeel is van de gezondheidskundige behandeling waarvan de ene fase niet kan slagen zonder de andere. Hierbij is niet van belang of de derde een medisch dienstverlener is.